Stel vraag

Wonen, Buren

Particulier


Geachte jurist,

Wij zijn geëmigreerd en wonen buiten de EU, maar in de EER. Ons huis in Nederland is na ruim 4 jaar eindelijk verkocht, hetzij wel met een flink verlies.
Wij hebben eerst telefonisch contact gezocht met de 2e hypotheekverstrekker om te vragen wat een acceptabel verkoopbedrag zou zijn. Telefonisch is toen medegedeeld dat de 2e hypotheekverstrekker met ieder redelijk bod akkoord gaat en dat er voor de restschuld een regeling is waarbij na 50 maanden betaalbare maandlast, finale kwijting plaats vindt.

Na eindelijk een bod te hebben ontvangen hebben wij schriftelijk goedkeuring gevraagd aan de eerste hypotheekverstrekker en de tweede hypotheek verstrekker (die inmiddels failliet is). Beide gingen akkoord.
Wij hebben bij beide gevraagd wat onze maandlasten zouden zijn. Bij de eerste hypotheekverstrekker kregen wij deze per mail, bij de tweede vertelde zij ons dat dit achteraf wordt berekend en werd verwezen naar de restschuldregeling op de website (openbare nieuwsbrief van de curatoren).

Wij hebben ons huis verkocht met de wetenschap dat wij maximaal 50 maanden een betaalbare maandlast zouden hebben, niet meer en niet minder.
Wat de bank ons aanbiedt is een onredelijk hoog maandbedrag gedurende 50 maanden. Later is er een voorstel gedaan om het termijn van 50 maanden te verlengen naar 120 maanden. Totaal maandtermijn (eerste bank en tweede bank samen) is dit een bedrag wat menig gezin niet eens als maandinkomen heeft.
Wij hebben uitvoerig gedocumenteerd wat onze inkomsten en lasten zijn, aangehouden tegen het lokale Nibud. Hieruit blijkt dat wij geen extra afloscapaciteit hebben voor de tweede hypotheekverstrekker. Wij zitten ruim onder het lokale Nibud voor standaard budget, dus onze uitgaven zijn zeker niet te hoog gemeten aan lokale uitgaven.

De lonen hier zijn hoger dan die in Nederland, maar zo ook zijn de lasten hier de hoogste van de wereld.
De bank neemt (waarschijnlijk) de lokale inkomsten met de Nederlandse lastennorm (Nibud).

De bank beweert dat dit een betaalbare maandlast is gebaseerd op onze persoonlijke situatie.
De bank spreekt nu ook over een “nieuwe restschuldregeling”. Inderdaad staat er in de openbare nieuwsbrief van de curatoren (eind januari) de regeling iets anders omschreven. Wij hebben een akkoord met de bank begin december en gaan uit van de gegevens die op dat moment openbaargemaakt waren gemaakt door de curatoren (openbare nieuwsbrief eind oktober).

Wij hebben altijd aan onze verplichtingen voldaan en dit willen wij ook graag blijven doen, maar wij kunnen dit nooit betalen.

Hopelijk heeft u een beeld gekregen van de situatie en kunt u ons advies geven hierin.

Beste vraagsteller,
heeft u het destijds telefonisch gedane aanbod van een betaalbare aflossing in termijnen gedurende 50 maanden ook op schrift staan, waaronder ik met klem ook bedoel e-mail, of is het gesprek opgenomen?
Dan staat u uiteraard sterker in uw verweer.

Het gedrag van deze bank namens de curator kan natuurlijk ook worden getoetst aan dwingende wet, regelgeving en jurisprudentie. Als u dat wilt zou ik er eens vrijblijvend naar kunnen kijken. Maar, zoals ik ook al aangaf blijft waarschijnlijk wel een bewijsprobleem van de eerdere afspraak als deze slechts mondeling bestaat (al is het volkomen rechtsgeldig en afdwingbaar).

Beoordeel dit antwoord:


Gratis antwoord op juridische vraag

Stel vraag