Stel vraag

Zakelijk, Arbeid, Schade

Particulier


Geachte heer/mevrouw,

Het beleid bij mijn werkgever is dat bij drie keer een jaarcontract je drie maanden en een dag de WW in moet en dan weer mag terugkomen, ook al heb je nooit klachten gehad,altijd op tijd en nooit ziek geweest. Ook is er genoeg werk, want hij heeft een tienjarig contract met een optie van vijf jaar daar boven op. Het bedrijf is een vervoersbedrijf en ik zit op de lijndienst. Mijn vraag is waarom kan dit zomaar ? En is er iets tegen te doen ?


Daar is niets tegen te doen. De werkgever gebruikt, zoals vele werkgevers, de mogelijkheden die de wet biedt om werknemers op die manier telkens op tijdelijke contracten te laten werken. Mogelijk dat in de toekomst hier verandering in komt maar het is afwachten of die plannen ook echt doorgaan.

Beoordeel dit antwoord:

Reactie van de vraagsteller

Hoe reageert het UWV hierop dan ? Want dat kost de burger een hoop geld zo !!


het u w v is hiermee bekend en heeft hier geen probleem mee omdat het mag volgens de wet. u krijgt dus gewoon een uitkering

Beoordeel dit antwoord:

Uitgangspunt is – zo is in de jurisprudentie ook uitgemaakt – dat een dergelijke situatie mogelijk moet zijn. Toch zijn er wel “misbruik”situaties denkbaar. Zo heeft de kantonrechter in Amsterdam (LJN BW6495;JAR 2012, 160) geoordeeld dat een werkgever misbruik had gemaakt van de situatie en/of het recht. De werkgever had namelijk aan een werknemer voorgesteld dat hij drie maanden uit dienst zou gaan na afloop van een derde contract, terwijl de werkgever in die periode de WW-uitkering zou aanvullen tot 100% van het laatstgenoten salaris. Na afloop van drie maanden WW zou de werkgever opnieuw een dienstverband voor bepaalde tijd met de werknemer aangaan. Toen de werknemer dit voorstel niet aanvaardde gaf de werkgever aan dat er dan een einde zou komen aan het contract en dat een verlenging niet aan de orde was. Vervolgens stapte de werknemer naar de rechter en stelde dat eigenlijk sprake was van een contract voor onbepaalde tijd omdat de werkgever artikel 7:668a BW ongeoorloofd ontdook. De kantonrechter was dat met de werknemer eens. In zijn vonnis herhaalt hij dat het in principe mogelijk is om na een pauze van drie maanden iemand opnieuw voor bepaalde tijd in dienst te nemen, maar de rechter vindt dat in dit geval sprake is van een schijnhandeling. De bedoeling van de werkgever was immers helemaal niet om de overeenkomst te beëindigen maar juist om deze voort te zetten. De rechter meent dat in zo’n situatie geen beroep kan worden gedaan op artikel 7:668a BW. De werkgever moet na het einde van het derde contract een keuze maken: een contract voor onbepaalde duur aangaan of de werknemer laten gaan.

Mijn inziens zou er derhalve in uw situatie sprake (de werkgever wil immers met u verder) kunnen zijn van misbruik van recht

Beoordeel dit antwoord:


Gratis antwoord op juridische vraag

Stel vraag