Overheid, Gemeente, Vergunning
Particulier
Tijdens de beroepsprocedure zijn door de gemeente bouwvergunningen verleend; met de bouw is nog niet gestart.
De Raad v State heeft het bestemmingsplan B vernietigd.
De gemeente stelt nu dat de afgegeven bouwvergunningen (voor laagbouw) van kracht blijven omdat toch al laagbouw mogelijk was.
Is dit juist of moeten de bouwvergunningen opnieuw verleend worden?
Geachte heer, mevrouw,
Ik denk dat de gemeente gelijk heeft. Als op basis van het oude bestemmingsplan laagbouw was toegestaan en op die basis vergunning is verleend, dan resteert een geldige bouwvergunning. (ik neem aan dat het om een omgevingsvergunning gaat.) Is het nieuwe bestemmingsplan geheel vernietigd of gedeeltelijk?
Overigens; het is niet geheel duidelijk uit uw vraag, wat voor u het belang hiervan is.
Ik sluit mij aan bij de heer Verhoeven. Daarbij ga ik ervan uit dat de bouwvergunningen zijn verleend voor bebouwing in gebied B.
Vernietiging van een bestemmingsplan op basis waarvan bouwvergunningen zijn verleend, laat de bouwvergunningen onaangetast. Om toch iets te ondernemen tegen de bouwvergunningen, had een voorlopige voorziening moeten worden gevraagd tegen het bestemmingsplan tegelijk met het maken van bezwaar tegen de bouwvergunnigen. Er is kennelijk nagelaten bezwaar te maken tegen de bouwvergunningen. Deze blijven dus geldig.
Het standpunt van de gemeente begrijp is dus niet goed. Het standpunt van de gemeente gaat wel op als u aanspraak zou willen maken op vergoeding van planschade. Dan is inderdaad relevant welke bouwmogelijkheden er onder het vorige bestemmingplan al waren. Uit uw vraag kan ik echter niet afleiden of planschade hier het probleem is.