Overheid, Gemeente, Vergunning
Particulier
Wanneer kan gemeente aangekondigde onmiddellijk invorderbare dwangsommen uitvaardigen?
Ik heb een besluit last onder dwangsom gekregen. Afgelopen najaar was dat. Die last heb ik op tijd volbracht. De last was aan mij (eigenaar van het perceel) gericht en zegt dat << ik "de overtreding van Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Art. 2.1 eerste lid onder a, en 2.3a eerste lid, en 2.1 eerste lid onder c, moet beëindigen en beëindigd moet houden". 'Dat kan, wordt gezegd, door het hoofdbouwwerk en het bijgebouw op het perceel kadastraal gelegen [mijn perceel] te verwijderen en verwijderd te houden' vóór [datum/tijd] >>. De 'Oplegging last onder dwangsom geldt o.b.v. Wabo Art. 5.18 ook voor mijn rechtsopvolger en verdere rechtsopvolgers' (als zodanig opgetekend in gemeentelijke beperkingenregister als publiekrechtelijke beperking).
Ik heb nu een klein bouwwerk gebouwd, tijdelijk als dak boven het hoofd. Daarmee bega ik opnieuw een overtreding. Vanuit de gemeente afdeling VT&H, heb ik net schriftelijk een informele waarschuwing binnen dat er op de huidige overtreding onmiddellijk invorderbare dwangsommen kunnen worden uitgevaardigd; het advies om daar rekening mee te houden, verder wat andere zaken.
Nu de kwestie: op het eerste oog moeilijk te zien, maar het bouwwerk staat NIET op mijn perceel; het staat (net, maar feitelijk) op een naastgelegen gemeentelijk bosperceel. Waar het vanwege de bestemming ook niet mag. Ik overweeg ook nog om verder de bossen in te trekken met het bouwwerk. Eerste vraag: geldt de last onder dwangsom die ik kreeg slechts voor overtredingen op het genoemde perceel (mijn perceel), of geldt die algemener voor bouwen van een bouwwerk door mij waar en wanneer dat niet mag? Daaruit vloeit voort de tweede vraag: kunnen er nu inderdaad onmiddellijk invorderbare dwangsommen worden uitgevaardigd, of alleen een nieuwe last onder dwangsom?
Een last onder dwangsom is gericht aan de overtreder en is in principe gekoppeld aan het perceel waarop de overtreding plaatsvond. De omschrijving van de overtreding en de locatie ervan zijn onderdelen van de last onder dwangsom die u heeft ontvangen.
Als het nieuwe, tijdelijke bouwwerk inderdaad niet op uw perceel staat, maar wel in strijd is met de bestemmingsplannen of bouwregelgeving, dan kan het zijn dat u opnieuw in overtreding bent. Echter, deze overtreding vindt plaats op een ander perceel dan waarnaar de oorspronkelijke last onder dwangsom verwijst. Het lijkt dan ook waarschijnlijker dat de gemeente voor deze nieuwe overtreding op het andere perceel een nieuwe procedure zal moeten starten, wat kan aanvangen met een nieuwe last onder dwangsom. Dit betekent niet automatisch dat er onmiddellijk invorderbare dwangsommen opgelegd kunnen worden. De gebruikelijke procedure hierbij is dat er eerst een waarschuwing komt, daarna een last onder dwangsom en vervolgens de mogelijkheid tot invordering als er niet aan de last is voldaan.
Desalniettemin zou ik aanraden om juridisch advies in te winnen bij een gespecialiseerde advocaat of jurist. Deze zou dan de correspondentie van de gemeente en de exacte bewoording van de ontvangen last(en) onder dwangsom kunnen beoordelen. Het bestuursrecht kan soms behoorlijk complex zijn en het is van essentieel belang om te begrijpen waar precies uw rechten en plichten liggen in deze situatie. Dit advies is slechts oriënterend.
---------------
Stichting Rechtswinkel.nl is een landelijk werkende organisatie met studenten en vrijwilligers. Bovenstaand advies is gemaakt op basis van beperkte informatie en is mogelijk onvolledig of zelfs onjuist voor de situatie waarin u zit. Raadpleeg voor uw verdere stappen altijd een jurist of advocaat. Lees disclaimer:https://rechtswinkel.nl/disclaimer
Graag nodig ik u uit om bovenstaand antwoord te beoordelen, zodat wij kunnen leren van uw reactie.