Wonen, Buren
Particulier
Vereniging van eigenaren en ALV stemming over het plaatsen van parkeerbeugels
Het lijkt mij dat het valt onder beheer/onderhoud. Een besluit van de meerderheid is voldoende.
Reactie van de vraagsteller
Dag,
Ik snap het niet helemaal. Het plaatsen van de parkeerbeugels betreft toch het wijzigen van het terrein, niet onderhoud? Dit onderwerp is eerder aan bod gekomen bij de rechtswinkel, nl. https://rechtswinkel.nl/vragen/ik-ben-verplicht-lid-van-een-beheervereniging-die-ons-mandelig-parkeerterrein-beheert-het-doel/54284 Vandaar mijn bedenkingen over het antwoord.
Mandeligheid (uit de andere casus) en de splitsing in appartementsrechten zijn twee verschillende (bijzondere) vormen van gemeenschappelijke eigendom van een onroerende zaak. U noemt dat er sprake is van mandeligheid maar ik denk dat het in deze situatie gaat om een splitsing in appartementsrechten met een regeling voor het gebruik van gemeenschappelijke gedeelten. Van mandeligheid zou bijvoorbeeld sprake kunnen zijn als meerdere gebouwen (met ieder een eigen VvE) gebruik maken van een gemeenschappelijke parkeerfaciliteit; of als meerdere gebouwen gebruik maken van toegangswegen die gemeenschappelijk in eigendom zijn. Maar dat is een hele andere situatie dan gemeenschappelijk eigendom binnen een VvE.
Mandeligheid kent andere regels dan de regels van een VvE. Binnen de VvE heeft de ALV de zeggenschap en kan bevoegdheden aan haar bestuur delegeren. De statuten van de VvE (splitsingsreglement) bepaalt voor welke besluiten welke meerderheid vereist is.
Reactie van de vraagsteller
Geachte heer Cohen, bedankt voor uw antwoord, maar: nee: Het gaat hier toch echt om mandeligheid die bij akte van levering notarieel is vastgelegd voor twintig afzonderlijke woningen, die gezamenlijk 12 parkeerplekken in eigendom hebben, dus elke deelgenoot is voor 1/20e eigenaar. Van een VvE of splitsingsakte is geen sprake. Het gaat dus wel degelijk om de mandeligheid zoals bedoeld in de andere casus. Graag opnieuw uw reactie.
Het lijkt me dat in dat geval bij unanimiteit besloten moet worden, tenzij daarover in de akte van mandeligheid iets anders bepaald is.