Op zich klopt dit wel. Wanneer de werkgever n.l. 'zonder uw goedvinden' wil opzeggen, heeft hij een vergunning via UWV werkbedrijf nodig, of hij kan het contract via de rechter laten ontbinden. Vroeger werden deze procedures pro forma gevoerd, enkel om de WW rechten veilig te stellen. Tegenwoordig wordt de beëindiging met wederzijds goedvinden geaccepteerd, ook door het UWV in verband met de WW. Wel is het belangrijk dat in deze beëindigingsovereenkomst staat dat het initiatief bij de werkgever ligt en niet bij u. Ook is het gebruikelijk dat er nog een vergoeding wordt aangeboden, afhankelijk van de duur dat u bij deze werkgever heeft gewerkt, nog zou werken (tot februari), uw leeftijd en kansen op de arbeidsmarkt. Soms wordt deze vergoeding niet in geld maar in een begeleidingstraject aangeboden. Hierbij is het een kwestie van onderhandelen waarmee u uiteindelijk wel of niet akkoord wenst te gaan. U bent in deze de sterkere partij, de werkgever wil van u af en niet andersom. Een richtlijn voor de vergoeding kunt u vinden door de kantonrechtersformule toe te passen.

In reactie op de opmerking van mijn collega, de kantonrechtersformule zou ik in dit geval niet benoemen. Er is kennelijk sprake van een contract voor bepaalde tijd. Dan is het dienstverband ook niet erg lang. De kantonrechtersformule draait om de lengte van het dienstverband. Die is dus kort, dus een lage vergoeding.

Het dienstverband duurt in beginsel nog acht maanden. Dat is het uitgangspunt voor de onderhandelingen; maw, een vergoeding van acht maanden zou redelijk zijn.

Dat kan anders zijn als er een tussentijdse opzegmogelijkheid is opgenomen in het contract. In dat geval neem ik meestal - afhankelijk van de situatie - een vergoeding gelijk aan de termijn van de te verwachten procedure (meestal twee maanden) en een vergoeding gelijk aan de kantonrechtersformule.

Mocht u behoefte hebben aan bijstand, dan hoor ik het graag.

In ieder geval, succes.

Als uw werkgever stelt uw arbeidsovereenkomst te willen beeindigen wegens bedrijfseconomische redenen is het raadzaam te onderzoeken of hij hiervoor bij UWV Werkbedrijf op grond van de bekende beleidsregels toestemming zal kunnen krijgen. Om die toestemming te kunnen krijgen moet aan nogal wat voorwaarden worden voldaan, waaronder het afspiegelingsbeginsel.

Er kunnen allerlei redenen voor werkgevers zijn geen toestemming bij UWV Werkbedrijf te vragen voor opzegging van het dienstverband, maar dat te doen via een beeindigingsovereenkomst. In elk geval heeft u een goede reden kritisch te zijn over de vraag waarom uw werkgever uw medewerking vraagt.

U geeft aan dat uw contract nog loopt tot februari. Van belang is na te gaan of in het contract de mogelijkheid van tussentijdse opzegging is opgenomen. Indien dat niet is bedongen, heeft u bij opzegging aanspraak op doorbetaling van uw salaris tot het einde van uw dienstbetrekking. Ook dit kan een reden zijn niet zomaar met een beëindigingsvoorstel akkoord te gaan.

Nu uw werkgever u een beëindigingsovereenkomst voorlegt lijkt het er in elk geval op dat u een onderhandelingspositie heeft. Er is niets mis mee uw eigen belangen te bewaken, zoals (naast de beëindigingsvergoeding), het opnemen van de in acht te nemen opzegtermijn, het vergoeden van kosten van juridische bijstand, een eventuele vrijstelling van werkzaamheden, de uitbetaling van openstaande vakantiedagen, et cetera.