Familie, Scheiden, Alimentatie
Particulier
Geachte heer, mevrouw,
Ik begrijp dat er een vruchtgebruik-regeling is opgenomen in het testament van degene die als eerste overleden is. Eigenlijk moet dat testament bekeken worden om te zien aan welke regels iedereen zich moet houden.
Maar in het algemeen kan gesteld worden dat de bloot-eigenaren (de 4 kinderen) en de vruchtgebruikster (de langstlevende) alleen samen de flat kunnen verkopen en leveren.
Als de langstlevende wegens haar afgenomen geestelijke vermogen niet meer in staat is haar wil te bepalen en te uiten, dan zal bij de kantonrechter een verzoek tot onderbewindstelling van het vermogen moeten worden ingediend. Combineert u dat dan wel direct met het verzoek tot verkoop en levering van de flat. Anders moet u nog een keer terug.
Nadat de flat is verkocht en geleverd houdt de langstlevende het vruchtgebruik (tenzij in het testament anders is bepaald). Dat betekent dus dat de verkoopopbrengst op een spaarrekening gestort zal moeten worden (dat zal de kantonrechter zeker eisen) waarna de rente van deze rekening voor de langstlevende is.
Pas na het overlijden van de langstlevende kunnen de bloot-eigenaren het saldo van de spaarrekening onderling verdelen.
Maar nogmaals: in het testament van degene die het eerst overleden is, kan een andere regeling zijn opgenomen.