Ingebruikneming grond en afsluiten brandgang

Ik stel deze vraag voor mijn dochter. Zij bewoont een huurwoning met een voor- en achtertuin. Het betreffende huis is een tussenwoning van een rijtje van vier. Twee huizen hiervan zijn dus hoekwoningen.
Oude situatie:
De woningen zijn aan elkaar geschakeld door ruimtes die in gebruik waren als keuken. Naast de linker hoekwoning liep een voetpad wat verbinding gaf met een voetpad (brandgang) wat achter alle vier de woningen liep en dus bereikbaar was vanuit alle achtertuinen van deze vier woningen. Achter dit pad was een strook grond van naar schatting 8 meter. Ik het huurcontract staat vermeld dat deze strook grond door alle huurders gebruikt mocht worden in onderling overleg. Bij het betrekken van de woning waren alle huurders overeengekomen dat deze strook gebruikt mocht worden door 1 van hen als moestuin. Mijn dochter had daar geen problemen mee.
Nieuwe situatie:
De linker hoekwoning is verkocht aan een particulier. De woning rechts daaraan grenzend inmiddels ook. Daar rechts naast woont mijn dochter dus in de woning als huurhuis en rechts naast haar de hoekwoning is ook nog een huurhuis. De beide hoekwoningen hebben toegang tot de achtertuin via een zij-ingang. De woning, die verkocht is links naast de woning van mijn dochter is door de nieuwe eigenaar flink verbouwd. Zo is het keukengedeelte van deze woning, wat dus gekoppeld was aan de keuken van mijn dochter, gesloopt, waardoor een doorgang voor de buren is gecreëerd naar hun achtertuin. Via deze route kan hij nu met voertuigen achter zijn woning komen. Deze buren hebben de "gemeenschappelijke" grond, gelegen achter de linker hoekwoning en achter hun tuin van de woningbouwvereniging gekocht en hebben daar een mega schuur op gebouwd. Tot overmaat van ramp hebben zij ook het stuk "gemeenschappelijke" grond gelegen achter de tuin van mijn dochter ook maar in gebruik genomen en een afdak daarop geplaatst en verder ingericht als parkeerplaats voor zijn (grote) voertuigen. Hierover is verschil van mening ontstaan.
Bij de verkoop van de grond door de woningbouwvereniging aan de buurman van mijn dochter is volledig voorbij gegaan aan het feit dat zij door deze verkoop haar "achterom" is kwijt geraakt. Er is namelijk geen recht van overpad bedongen bij de verkoop. De buurman heeft wel een pad aangelegd om zijn grond heen maar is zo krap dat er nauwelijks met een fiets of bromfiets overheen gelopen kan worden en hij gebruikt zijn "gunst" om van dit pad gebruik te mogen maken als dwangmiddel om te voorkomen dat mijn dochter moeilijk gaat doen over het gebruik door hem van de grond, gelegen achter de tuin van mijn dochter. Nu hebben wij echter toch stappen ondernomen via de Omgevingsdienst om door deze dienst te laten bekijken of het allemaal wel legaal is wat er is gebeurd. Dat bleek niet zo. Er is gebouwd zonder vergunning en er is te veel oppervlakte bebouwd. We verwachten dat door deze actie de verhoudingen er niet beter op gaan worden en zitten nu met de vraag hoe het nu juridisch in elkaar zit met betrekking tot de achterom als de buurman straks mogelijk gaat weigeren dat mijn dochter over zijn grond achterom te laten. Hopelijk kunt u duidelijkheid verschaffen in deze situatie....