Zakelijk, Arbeid, Schade
Particulier
Hoofdregel is dat een werkgever onder bepaalde voorwaarden het emailverkeer van werknemers mag inzien en monitoren, mits dit in het belang van het bedrijf is. Dit bedrijfsbelang kan gelegen zijn in de continuïteit van het bedrijf (bijvoorbeeld bij ziekte van een werknemer), de veiligheid (het beschermen tegen virussen en hackers), de goede naam van het bedrijf (in het geval een werknemer vermoedelijk racistische, strafrechtelijke of seksuele uitlatingen doet via de mail of op internet) of het welzijn van (andere) werknemers (bijvoorbeeld tijdens een onderzoek naar seksuele intimidatie).
Deze bevoegdheid gaat echter niet zóver dat een werkgever, zolang het maar in het belang van het bedrijf is, heimelijk in de mailbox van de werknemer rondsnuffelen. Alleen zaakgerelateerde en “verdachte” emails mogen worden gelezen. Mails van leden van de ondernemingsraad en de bedrijfsartsen mogen niet worden gecontroleerd.