Zakelijk, Arbeid, Schade
Particulier
Geachte vragensteller,
Voordat ik uw vraag juist kan beantwoorden is er nog wel extra informatie van u nodig. Toch wil ik het volgende alvast kwijt.
Ten eerste is het van belang te weten op welke wijze u beiden eigenaar van de boerderij bent geworden. Dit kan bijvoorbeeld zijn geschied door gezamenlijke aankoop maar ook door verkrijging via vererving of door schenking.
In het geval van schenking (minder vaak voorkomend) of ververving kan het zijn dat diegene die geschonken heeft of overleden is heeft bepaald dat het onroerend goed nooit zal vallen in enige gemeenschap van goederen waarin de verkrijger gehuwd is of in de toekomst gehuwd zal zijn. In dat geval kan het dus zijn dat de partner van uw zuster in beginsel geen recht zou kunnen laten gelden op de (waarde van) de boerderij.
Verder geeft u aan dat u en uw zuster samen de boerderij hebben verkregen. Ik neem gemakshalve aan dat dit voor ieder een gelijk deel (de helft) zal zijn. Ook ga ik er van uit dat u ongehuwd bent en dat uw aandeel in de boerderij niet betrokken is in een verdeling die nog moet worden afgewikkeld (bijv. tengevolge van echtscheiding of verdeling met andere erfgenamen).
Daarnaast is het van belang te weten wat of de huwelijkse voorwaarden tussen uw zuster en haar man inhouden. Het kan zijn dat hierbij is bepaald dat (haar deel van) de boerderij buiten enige gemeenschap van goederen wordt gehouden en dat haar deel in de boerderij alleen op haar man overgaat indien het huwelijk tussen hen beiden komt te eindigen door haar overlijden.
Maar ook met kennis van het vorenstaande zijn we er nog niet.
a. De mogelijkheid bestaat dat in de huwelijkse voorwaarden tussen uw zuster en haar man staat geschreven dat er jaarlijks een verrekening tussen beiden dient plaats te vinden. De vraag is dan of dit ook daadwerkelijk is uitgevoerd. Zo niet, dan kan het zijn dat er nog een claim bestaat van de partner van uw zuster op uw zuster. Het kan zelfs zo zijn dat het niet-verrekenen van huwelijkse voorwaarden tussen uw zuster en haar man er toe kan leiden dat wordt gehandeld alsof er algehele gemeenschap van goederen tussen hen beiden heeft bestaan! Het zou dan ook kunnen zijn dat de curator namens de man van uw zuster nog een claim kan uitoefenenen en verhaal zal kunnen zoeken op haar aandeel in de boerderij.
b. Tot slot merk ik dat er sprake is van een boerderij. Niet weet ik of deze ook nog als zodanig geƫxploiteerd wordt en of er sprake is van een maatschap tussen u en uw zuster. Indien dat het geval is dan is het weer zaak te kijken of haar deel in de boerderij is ingebracht en op welke wijze dat is geschied.
Kortom, het is een best complexe materie en in dit geval adviseer ik u/uw zuster en haar man inzage te laten nemen door een deskundig jurist in:
a. het eigendomsbewijs(de wijze waarop u beiden de eigendom verkreeg);
b. de huwelijkse voorwaarden van uw zuster;
c. een eventuele maatschapsakte.