Overheid, Gemeente, Vergunning
Particulier
In augustus 2014 heb ik een bezwaarschrift tegen een ontheffingsvergunning ingediend bij de gemeente. In oktober kreeg ik bericht van de gemeente dat zij een beslissing 6 weken zouden uitstellen. Op 13 januari heb ik de gemeente in gebreke gesteld via het formulier ingebrekestelling, met daarin de vermelding dat binnen 2 weken een beslissing moet zijn genomen over het bezwaarschrift op straffe van een dwangsom.
Op de laatste dag van deze termijn, op 26 januari om 14.30 ontvang ik van de gemeente een uitnodiging voor de hoorzitting waarin ik in mijn bezwaar (in augustus) om verzocht had.
Deze hoorzitting is echter al op donderdag 29 januari om 11.15 AM gepland, binnen 3 dagen dus.
Deze termijn in voor mij niet haalbaar ivm werk en ik heb de gemeente verzocht om de zitting te laten plaatsvinden na het weekend.
Het antwoord was dat een nieuwe datum slechts kan worden bepaald wanneer ik de in ingebrekestelling intrek.
Dit komt op mij een beetje over als chantage, de gemeente heeft tenslotte al 2 weken de tijd gehad om te reageren op mijn ingebrekestelling maar dit niet heeft gedaan.
Mijn vragen:
- heeft de gemeente zich niet te houden aan een redelijke termijn voor het inplannen van een hoorzitting, heb ik geen recht op verhinderdata? (deze had ik in september wel ingediend, direct na de initiële reactie van de gemeente op mijn verzoek, maar ik heb natuurlijk geen rekening kunnen houden met beschikbare data in januari, 4 maanden later!)
- Is het verstandig om de ingebrekestelling in te trekken om zo een andere datum te kunnen plannen voor de hoorzitting? Ik heb dan geen middel meer om een snelle beslissing na de hoorzitting af te dwingen...
Alvast bedankt
Als ik u was, zou ik me niet door de gemeente in de luren laten leggen. Ten eerste is de gemeente sowieso te laat met beslissen, dat had u zelf al op de juiste manier aangepakt (ik neem aan dat u de juiste data hebt gekozen). Ten tweede moet de gemeente natuurlijk nog horen (dat is verplicht in de bezwarenfase), maar dat kost de gemeente geld. Ik adviseer u dus de ingebrekestelling vooral niet in te trekken. Aangezien u tot 10 dagen voor het horen nog nadere stukken moet kunnen indienen, is de termijn die u nu gegeven wordt veel te kort. Ik adviseer u de gemeente vriendelijk doch dringend te wijzen op hoofdstuk 7 van de Awb, dat o.a. bijzondere bepalingen over bezwaar bevat. Voor een gemeente behoren deze bepalingen zonder uitzondering bekend te zijn, u hoeft haar daar niet inhoudelijk over voor te lichten. M.a.w. als u hiermee door wil gaan, geeft u in een kort briefje aan dat u niet akkoord gaat met de planning van de hoorzitting, dat u de ingebrekestelling niet intrekt en dat u uiteraard wel gehoord wil worden.
U zou er op dit moment ook voor kunnen kiezen om beroep in te stellen bij de rechtbank tegen de fictieve beslissing om uw bezwaren ongegrond te verklaren.
Voor advies of vragen kunt u natuurlijk zich rechtstreeks tot mij wenden, ik heb ca. 25 jaar praktijkervaring in het bestuursrecht.