Stel vraag

Zakelijk, Arbeid, Schade

Particulier


Een aantal jaren geleden heeft mijn zoon bij een prijsvraag een jaarabonnement op een tijdschrift gewonnen. Na dat jaar is men het tijdschrift wekelijks blijven toesturen zonder dat er ooit naar geld gevraagd is. Mijn vraag is of daar alsnog moeilijkheden van kunnen komen, bijvoorbeeld dat men abonnementsgelden over de afgelopen jaren kan navorderen. Eigenlijk heeft hij niet durven opzeggen uit angst slapende honden wakker te maken, die alsnog om geld zouden kunnen vragen. Hoe zit dat juridisch?
Alvast bedankt voor uw moeite!

Beste vraagsteller,
het juridische antwoord wijkt hier echt niet af van de maatschappelijke oplossing namelijk wie te kwader trouw feiten of gegevens achterhoudt zich ook niet kan verschuilen als hij als gevolg hiervan wordt aangesproken voor bijvoorbeeld betaling. Ik denk dat uw zoon een probleem krijgt als hij opzegt, maar misschien is men coulant door te stellen dat beide partijen fout hebben gehandeld.

Beoordeel dit antwoord:

Mevrouw Martens,

even voor mijn duidelijkheid: Zegt U nu dat men gehouden kan zijn tot betaling van een abonnement dat nooit is afgesloten om de enkele reden dat men ongevraagde tijdschriften nooit heeft teruggezonden?

Beoordeel dit antwoord:

Ik zie dat anders dan mevrouw Martens. Op uw zoon rust de verantwoordelijkheid de uitgever zo snel mogelijk te informeren dat hij geen prijs stelt op continuatie van de toezending van het tijdschrift en de ontvangen exemplaren te retourneren. Als uw zoon dat nalaat kan de uitgever ervan uitgaan dat uw zoon prijs stelt op continuatie tegen betaling van het abonnement, waarbij het uw zoon kennelijk duidelijk is dat het abonnement slechts voor het eerste jaar gratis was. Naar mijn mening loopt uw zoon dus inderdaad een flink risico dat binnen de wettelijke verjaringstermijn de uitgever de abonnementsgelden nog van uw zoon kan vorderen zolang uw zoon niet tegen voortgezette toezending ervan protesteert.

Anderzijds geeft het Burgerlijk Wetboek uw zoon wel een eventuele ontsnappingsmogelijkheid. Wellicht kan hij een beroep doen op art. 7:7 BW, dat bepaalt:

1. Degene aan wie een zaak is toegezonden en die redelijkerwijze mag aannemen dat deze toezending is geschied ten einde hem tot een koop te bewegen, is ongeacht enige andersluidende mededeling van de verzender jegens deze bevoegd de zaak om niet te behouden, tenzij het hem is toe te rekenen dat de toezending is geschied.

2. De toezending aan een natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf van een niet door deze bestelde zaak met het verzoek tot betaling van een prijs, terugzending of bewaring, is niet toegestaan. Wordt desalniettemin een zaak toegezonden als bedoeld in de eerste volzin, dan is het in lid 1 bepaalde omtrent de bevoegdheid, de zaak om niet te behouden, van overeenkomstige toepassing.

3. Indien de ontvanger in de gevallen, bedoeld in de leden 1–2, de zaak terugzendt, komen de kosten hiervan voor rekening van de verzender.

4. Lid 2 is van overeenkomstige toepassing op het verrichten ten behoeve van een natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf van een niet door deze opgedragen dienst.

In het geval van uw zoon zal de discussie zich kunnen toespitsen op de vraag of uw zoon erop heeft mogen vertrouwen dat voortgezette toezending gratis zou blijven dan wel of voortgezette toezending heeft plaatsgevonden om uw zoon tot een abonnement te bewegen. Anderzijds is het niet aan uw zoon toe te rekenen dat de toezending is voortgezet.

Overigens kunnen ook de beruchte kleine lettertjes een doorslaggevende rol spelen die wellicht aan de acceptatie van de prijs waren verbonden.

Ik adviseer uw zoon het er niet op aan te laten komen en de uitgever op tijd te in lichten dat hij niet wil betalen voor de toegezonden bladen. Als uw zoon het er wel op aan wil laten komen, kan uw zoon proberen zich te beroepen op de genoemde wettelijke bepalingen. Procederen brengt altijd risico's met zich mee en de uitkomst is nooit helemaal voorspelbaar.

Beoordeel dit antwoord:

Beste vraagsteller
ik sta geheel achter het antwoord van de heer Swart en begrijp niet hoe mijn antwoord op uw vraag anders gelezen kan worden. In dit geval is er geen sprake van toezendings- ongevraagde verzending van een tijdschrift - zie daarvoor het document dat ik heb gemaakt inertia selling".( het antwoord van de Wassink begrijp ik al helemaal niet) Het tijdschrift is verzonden op grond van het winnen van een prijsvraag. Het tijdschrift zou een jaar verzonden worden; wie daarna nog ontvangt weet dat het onterecht is en er is sprake van onverschuldigde prestatie aan de zijde van de uitgever en de ontvanger van het tijdschrift moet deze wettelijk zo snel mogelijk op de hoogte brengen van dat feit. Het is zelfs maar de vraag of de verjaringstermijn gaat lopen zolang de uitgeverij niet op de hoogt is van de fout.

Beoordeel dit antwoord:

mijn antwoord was gewoon een verduidelijkingsvraag, niet meer niet minder...
de kleine letters bij de prijsvraag kunnen inderdaad wel eens van belang zijn, omdat daar wellicht iets in staat over voortzetting na het gratis jaar.

Beoordeel dit antwoord:

Gratis antwoord op juridische vraag

Stel vraag